Bloemkool

november 16, 2015

Wind

Vrijdagavond. We rijden door de winkelstraat van Kralendijk. Het is negen uur. Niet alle terrassen zijn vol. Alleen op het hoekje bij El Mundo zijn alle tafeltjes bezet. Ikki stopt even verderop. We moeten iets drinken, vindt ie.
‘Kijk’, Ikki wijst de straat in, ‘vroeger was het hier iedere vrijdagavond een drukte van belang. Ging iedereen de stad in. Wat wandelen, iets drinken. Dat zie je nu niet meer.’
‘Wat is er gebeurd?’
‘Als je voor 10.10.10 rond de duizend gulden verdiende, Antilliaanse guldens hè, kon je vrijdags een biertje nemen. Dat kostte je ongeveer vier gulden. Toen kwam de dollar en sindsdien krijg je nog maar 600 dollar. En kost een biertje vijf dollar.’
Ikki neemt een slok.
‘Dat scheelt toch, dat kun jij ook wel uitrekenen.’
Ikki heeft mensenkennis.
‘Jullie hebben dat met die euro gehad’, gaat Ikki verder, ‘mijn dochter studeerde rond die tijd in Nederland. Ik weet nog dat ik een bloemkool kocht in Dordrecht. Dat ding kostte een gulden. Jullie gulden, hè. Twee jaar later kwam ik er weer en kostte die bloemkool een euro. Dat is toch meer dan een verdubbeling.’
‘Je had econoom moeten worden’, zeg ik.
Ikk kijkt me aan.
‘Het is niet zo moeilijk om het prijsverschil tussen twee kolen te zien’, stelt Ikki vast en bestelt een laatste rondje.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *