Een eiland in de war ~ II

juli 10, 2017

flat

De politici van Ikki’s eiland zorgen voor een sombere stemming. Niet alleen op het eiland, maar ook in politiek Den Haag.
Nu kun je roepen dat Den Haag zich niet met het eiland moet bemoeien, maar die vlieger gaat niet altijd op. Zo lang de band tussen eiland en moederland is zoals ie is, moet je niet opkijken als het moederland ook een mening heeft.

Twee weken geleden riep ik dat het verstandig zou zijn om de politiek maar even de politiek te laten tot de verkiezingen in 2019 (zie:
http://ikkiseiland.com/2017/06/26/een-eiland-in-de-war/) en de tussenliggende tijd te gebruiken om een visie te ontwikkelen.
Over die laatste suggestie heb ik geen klachten ontvangen, mijn voorstel om de politiek maar te laten sudderen, leverde een aantal gesprekken op met eilandbewoners en Haagse bestuurders en ambtenaren.

Wat zou er logischer zijn om, desnoods tijdelijk, voor het belang van het eiland te kiezen?
De partijen leveren ieder een gedeputeerde tot de verkiezingen in 2019 en laten daarmee zien dat ook zij zich serieus willen buigen over de toekomst van het eiland.
Het feit dat de twee grootste partijen op dit moment gewikkeld zijn in een interne machtsstrijd belemmert alles en iedereen. Niet het eiland, maar eigenbelang – je mag het ook partijbelang noemen als je wilt –  bepaalt de agenda.

Dat levert niet alleen frustraties op bij een deel van de bewoners van het eiland, ook in Den Haag baart deze gang van zaken zorgen. Even voor de volledigheid, deze Haagse zorgen komen uit de mond van goedwillende ambtenaren en politici. Die bestaan.

Waarom zijn er bijna altijd problemen in bestuurlijke zin in kleine samenlevingen?

Door de omvang van de bevolking is de politicus (vaak afkomstig uit families die jarenlange bestuurservaring hebben, al vanuit de koloniale tijd) nooit anoniem. Er is weinig afstand tussen de rol als bestuurder en de rol als eilandbewoner. Je kent elkaar, je weet welke belangen er spelen. Je weet wat je moet doen om volgende keer weer verkozen te worden. Cliëntelisme ligt voor de hand.
Als je daarnaast een relatief grote groep van arme, laagopgeleide inwoners hebt, is het voor de politiek niet al te moeilijk om stemmen binnen te halen. Door een factuur van het energiebedrijf te betalen in ruil voor het stembiljet heb je snel een deel van de buit binnen. Anders geef je maar een televisie, een telefoon of koelkast.

Door diezelfde omvang is het ook logisch dat er geen grote voorraad is van mensen die capabel zijn voor het besturen van de samenleving.

Nog een nadeel van een kleine samenleving is dat de rol van de media beperkt is.
Naast de logica dat je niet onbevangen en kritisch over de politiek kunt schrijven omdat je aan je belangen moet denken, adverteerders heb je nu eenmaal nodig, is het sowieso commercieel lastig om de zaak draaiende te houden. Daarnaast is het de vraag of er genoeg mensen zijn die de taak van onafhankelijke journalistiek op zich kunnen of durven nemen.

[wordt vervolgd]

Extra: Het proefschrift van Wouter Veenendal ~ Politics and Democracy in Microstates. Een vergelijkend onderzoek in over het functioneren van de democratische systemen in samenlevingen met een kleine bevolking. Het onderzoek vond plaats in San Marino, St. Kitts and Nevis, Sechelles en Palau.
Het proefschrift online: https://openaccess.leidenuniv.nl/Wouter%20Veenendaal.pdf?

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *