Over behoorlijk bestuur VII

juni 1, 2020

Zonsondergang

‘Chinezen rookten 500 jaar voor Christus al wiet’, was de kop van een artikel in de Volkskrant (juni 2019).
In een begraafplaats op de grens van China en Tadzjikistan zijn de oudste bewijzen voor het roken van cannabis teruggevonden. Niet met pijpen, maar met een soort ‘rookpotten’.
Misschien is dat een van de redenen waarom de tegeltjeswijsheden van Confucius (551 v.C. – 479 v.C.) nog steeds vaak geciteerd worden. De mens heeft nu eenmaal behoefte aan tijdloze waarheden waarmee je alle kanten op kunt. Al is er geen bewijs dat Confucius regelmatig boven die rookpotten hing.

‘De stilte is een vriend die je nooit verraadt’, is een van die quotes van Confucius die ogenschijnlijk van diepgang en inzicht getuigt, maar zodra het tegeltje met die tekst in de vergaderzaal van de Eilandsraad op Ikki’s eiland hangt, krijgt ie een andere lading.

Opvallend is nl. de stilte die volgde op het opstappen van de tijdelijk bestuurder en de beleidsadviseur van de Bonaire Holding Maatschappij vorige week.
Terwijl de ontslagbrief van de tijdelijk bestuurder genoeg details bevat om je hoofd over te breken.  (zie: http://ikkiseiland.com/2020/05/27/over-behoorlijk-bestuur-vi/)

De beleidsadviseur, Patricia Bergwijn, die met Ben Oleana, de schouders onder uitvoering  van de opdracht om BHM had gezet, vatte in een brief aan Oleana haar beweegredenen om haar functie ook neer te leggen, helder samen:

“Geachte heer Oleana,

Als beleidsadviseur van de Bonaire Holding Maatschappij (“BHM”) heb ik de afgelopen maanden het voorrecht genoten mij te mogen en kunnen inzetten voor het belang van Bonaire en mee te helpen aan de economische ontwikkeling van het eiland.
Het heeft mij daarbij keer op keer verbaasd hoe alle pogingen om de situatie van overheidsentiteiten te verbeteren, strandden in bestuurlijk drijfzand en het dagelijks bestuur
van BHM iedere keer stuitte op een zeer efficiënt uitgevoerd ontmoedigingsbeleid van zowel de Raad van Commissarissen als de aandeelhouder, in casu het bestuurscollege. Daar waar je zou verwachten dat de belangen van Bonaire, haar economie en het reilen en zeilen van de overheidsentiteiten op de eerste plaats zouden komen, leken powerplays en (politiek) eigenbelang hoogtij te vieren.

Tot zo’n zes maanden geleden koesterde ik nog de verwachting dat de overheid van Bonaire, het bestuurscollege en in het verlengde daarvan de eilandsraad als volksvertegenwoordiging, uiteindelijk toch zou moeten kunnen kiezen voor de belangen van Bonaire als gemeenschap en als eiland. Ik heb duidelijk onderschat hoe hardnekkig bepaalde tradities, manieren van omgaan en doen, vernieuwing, verbetering, ontwikkeling en dus daadwerkelijke groei in de weg staan.

Ik kan mij zonder meer scharen achter uw visie, standpunten, aanpak en beleid en heb bewondering voor de wilskracht en voortvarendheid waarmee u zaken oppakt en iedere keer toch weer nieuwe wegen vindt om Bonaire en haar bevolking het best mogelijke bestuur en perspectief te bieden. Helaas moeten we op dit moment concluderen dat het kennelijk (nog) niet de tijd is voor de door verschillende betrokkenen zo vurig gewenste vernieuwing en ontwikkeling en ik betreur het ten zeerste dat men doet voorkomen dat de oorzaak daarvan bij u ligt. Uit ervaring weet ik dat dit geenszins het geval is, ik heb het immers van dichtbij mogen meemaken.

Gezien het feit dat ik mij alleen optimaal kan en wil inzetten als ik geloof in de voorgestelde aanpak en vertrouwen heb in de oprechte en integere intenties van een opdrachtgever, kan ik niet anders dan mijn opdracht per 31 mei 2020 teruggeven nu u binnen BHM geen wegen meer ziet om te bewandelen en u uw functie als tijdelijk bestuurder neerlegt.

Het was me een waar en groot genoegen om tijdens uw bewind voor BHM en met u samen te werken. Ik dank u voor het vertrouwen en hetgeen ik gedurende de afgelopen periode heb geleerd en ik hoop van harte dat Bonaire zo niet nu dan toch zeker in de nabije toekomst in ieder geval op het gebied van behoorlijk bestuur mede dankzij uw inspanningen van de afgelopen maanden op haar huidige schreden zal terug keren.”

Nu kan ik naar de coffeeshop hier om de hoek gaan en over een half uur denken dat ook ik scherpzinnig weet samen te vatten wat de redenen kunnen zijn voor de stilte op Ikki’s eiland.
Die wandeling kan ik me besparen als ik de Tractatus Logico-Philosophicus van Ludwig Wittgenstein pak en nadenk over deze uitspraak: ‘Waarover men niet kan spreken, daarover moet men zwijgen.’
Daar kun je ook alle kanten mee op, maar er bestaat ook een uitdrukking over schoenen en passen.

3 reacties op “Over behoorlijk bestuur VII

  1. Ankie Nijboer

    Hoop dat deze brief van mevrouw Bergwijn op veel manieren gedeeld wordt en ook dat het enige betrokkenen aan het denken zet

    Reply
  2. Marina Melis

    Dank Ben Oleana en mevrouw Bergwijn voor het proberen orde op zaken te stellen. Het is u beide niet gelukt om in alle eerlijkheid te werken .
    Ben Oleana ,in de tijd van Selibon was jij ook degene die in alles het beste voor had met en voor Bonaire ,jammer maar ik denk dat je wederom een ervaring rijker bent geworden .
    Ga aub verder met de betaaldbare woningen voor de Bonaireaanse bevolking die het ook zo hard nodig hebben , steek je energy daarin , dat is beter dan je steken in een bijennest waarvan de koninging niet te bereiken valt. Dank beide sukse
    Marina Melis

    Reply

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *