C.J. Krijt ~ Ons Bestuur, Rechts-, Postwezen, enz. (Neerlandia ~ Jrg.11 – 1907)

november 15, 2017
Gezicht op de plantage Slagbaai. (Foto van den heer Krijt.)

Gezicht op de plantage Slagbaai. (Foto van den heer Krijt.)

Bonaire wordt bestuurd door een Gezaghebber, door den Koning (Koningin) benoemd. De Gezaghebber heeft zich te houden aan zijne instructie en ontvangt de bevelen van den Gouverneur van Curaçao. Hij zorgt voor rust, orde en veiligheid, maakt plaatselijke keuren, die door den Gouverneur bekrachtigd worden, na den Raad van Bestuur daarover gehoord te hebben. In het dagelijksche bestuur wordt de Gezaghebber bijgestaan door twee landraden, gekozen door de stemgerechtigden of kiesbevoegden, voor den tijd van vier jaren.

Stemgerechtigd of kiesbevoegd is ieder ingezetene van het mannelijk geslacht en meerderjarig, die tenminste een jaar en zes weken op het eiland heeft gewoond en aldaar aan vaste goederen of vaartuigen een eigendom bezit van tenminste f 500 of
– ambtenaar in kolonialen dienst is of geweest is met verkregen eervol ontslag of pensioen, of
– na in dienst te zijn geweest bij ’s lands zee- of landmacht tenminste den rang van onder-officier heeft bekleed en eervol is ontslagen, of
– na in schutterlijken dienst te zijn geweest met den rang van onder-officier, eervol daaruit is afgevoerd, of die een wetenschappelijken graad of titel bezitten.

Om tot Landraad benoemd te kunnen worden moet men zijn van het mannelijk geslacht, meerderjarig, in het volle genot der rechten van ingezetene en tenminste gedurende de twee laatst voorgaande jaren bewoner zijn van het eiland, waar de benoeming gedaan moet worden.
(P.B. Anno 1869 No. 24).

Te zamen met den Gezaghebber vormen zij den Raad van Politie. Deze geeft bericht en raad in alle zaken het eiland betreffende, draagt zorg voor wegen, wateren, bruggen, enz., heeft oppertoezicht over het armwezen, is belast met het toezicht op het openbaar en bijzonder onderwijs en mag plaatselijke keuren maken. Een zijner leden is belast met het bijhouden der boeken van den burgerlijken stand en bevolkingsregisters. Bij ontstentenis van den Gezaghebber valt het oudste Landraadslid in. Bonaire is voorts verdeeld in vier districten, aan het hoofd waarvan een districtmeester.

Orde en rust worden gehandhaafd door een waarnemend brigadier, twee maréchaussées en vijf veldwachters, die onder de bevelen staan van hun hoofd, den Ambtenaar van het Openbaar Ministerie. In het 4e district, Rincón, staat de daar gestationeerde veldwachter of maréchaussée onder den districtmeester, die daar ook belast is met de werkzaamheden van hulp-ambtenaar van den burgerlijken stand en sinds korten tijd met die van den postspaarbank-dienst.

In aanmerking genomen, dat Bonaire’s bevolking uiterst rustig en vreedzaam is, kan deze politiemacht voldoende genoemd worden. Toch blijft uitbreiding gewenscht, wil men nog op andere plaatsen een wachtpost hebben, wat soms in de dagen van Paschen en Kerstmis wel noodig is.

Burgerlijke zaken en straqfzaken worden hier afgedaan door het Kantongerecht, bestaande uit: den Gezaghebber als Kantonrechter, den Ambtenaar van het Openbaar Ministerie en den Griffier. Voorts zijn er nog twee plaatsvervangende Kantonrechters. Het Kantongerecht behandelt slechts die zaken, waarin geen schuldvorderingen boven de drie honderd gulden voorkomen en geen gevangenisstraf boven de zes maanden of geldboeten boven de f 300, te zamen of ieder afzonderlijk.

Bonaire bezit ook zijn hulp-postkantoor. De postspaarbank is eerst in 1905 in ’t leven geroepen. Nog eene verbetering is ons ten goede gekomen, n.l.: de gelegenheid om rechtstreeks van hier uit postwissels tot een bedrag van twee honderd en vijftig gulden naar andere landen te kunnen zenden. Voorts is het vooruitzicht geopend op een binnenlandschen postdienst en pakkettendienst. Waaraan echter behoefte bestaat is aan een Gouvernements-brievenbesteller. Nu krijgt men zijn brieven tehuis bezorgd, na volmacht en tegen een kleine vergoeding door een particulier en wel door den Parijzenaar, den quarantaine-loods, Monsieur Vitté.
En hoe is voor de zieke armen zorg gedragen? Een Gouvernements-geneeskundige is met deze uiterst zware taak belast. Dit vindt nu wel niet zijn oorzaak in de vele ziektegevallen, doch wel in de groote afstanden, welke de dokter heeft af te leggen. Van Gouvernementswege is een bedrag van f 300 uitgetrokken voor geneesmiddelen aan onvermogenden, die op vertoon van een ‘bewijs van onvermogen’ dus kosteloos geneeskundige behandeling en medicijnen genieten. In bijzondere gevallen, zooals b.v. advies uitbrengen aan den Gezaghebber omtrent het nemen van quarantainemaatregelen enz. wordt een Raad van Gezondheid belegd, onder voorzitterschap van den Gouvernementsgeneeskundige met een landraad en en den Ambtenaar van het Openbaar Ministerie.

Bron: http://www.dbnl.org/.php

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *