Den e programa aki nos ta mira kiko e muchanan ta siña for di ruta di fruta na Mangasina di Rei, kaminda ku hopi kos di ántes ta ser trese dilanti pa e muchanan asina sera konosí kon e bida di ántes tabata. Den e di dos parti nos ta na kunuku di Sur Swinda Seraus kaminda ku e ta duna un amplio splikashon di su meta pa e kunuku.
Produkshon: Fundashon Históriko Kultural Boneriano
Durashon: 58 minüt
Als we de tweede dag klaar zijn met het interview en ik mijn fototoestel inpak en het opname-apparaatje wil opbergen, kijkt zuster Swinda me olijk aan.
‘Ik ben nog niet klaar’, zegt ze lachend, ‘ik vertelde u al over mijn kunuku. Daar moet u ook nog een stukje over schrijven.’
Je kunt kunuku vertalen als platteland. Maar ook het stukje land wat je bebouwt, heet kunuku. Om het maar simpel te houden, of je nu kippen of geiten houdt, of je nu groente of fruit laat groeien, of je een klein huisje hebt of een boerderij, kunuku is de naam van jouw hoekje op deze aarde.
Naast de zorg voor haar bejaarden, heeft zuster Swinda met deze kunuku nog een missie. Zij wil laten zien dat er meer mogelijk is op het gebied van land- en tuinbouw op het eiland dan veel mensen denken.
Bij haar Ka’i Mimina wees ze me op de bananen die enthousiast achter haar huis groeien.
‘Veel mensen weten niet dat hier kan en ze weten ook niet meer hoe het moet.’
In het boek* dat in 2015 over Sùr Swinda verscheen, ‘Kristu ta mi forsa’, schrijft zij dat ‘in het verleden mensen op Bonaire veel gezonder leefden. Men kweekte zelf groente en fruit in eigen tuin, of op een stukje grond, kunuku genoemd, waar men voornamelijk mais plantte en een aantal schapen en geiten had voor melk en vlees, dit alles voor het onderhoud van gezin en naaste familieleden. Op het erf rond de woning hield men kippen voor eieren en voedselbereiding.
Men beschikte niet over al te veel financiën, maar had wel de wilskracht om hard te werken om allerlei gewassen te produceren. Het regende toen ook meer dan nu.’
‘Eén van de doelstellingen van de Kunuku di Sùr is dat mensen hier gaan leren produceren om aan hun voedsel te komen.’
Maar ook schrijft zuster Swinda:
‘Door het werken in de open lucht, de vrije natuur, en het leveren van iets productiefs, behield men een hoog niveau van leven, wat gepaard ging met een levenswijze van saamhorigheid, sociale betrokkenheid, gastvrijheid, elkaar helpen en delen met elkaar etc etc.’
*Valdemar Marcha (Ed.) ~ Sùr Swinda – ‘Kristi ta mi forsa’. Caribpublishing/Uitgeverij SWP. 978 90 8850 639 0