En de dingen die voorbijgaan

september 7, 2016

Zending1

We zijn een dag op bezoek bij de archivaris van de congregatie, de hoogleraar em. en ik. We bekijken de collectie schoolboekjes waarmee de missionarissen de Congolese kinderen indertijd de basisvaardigheden van lezen en schrijven bijbrachten.
Terwijl de heren zich buigen over een tekst, wandel ik naar de kasten waar dozenvol glasnegatieven staan. Van Papua Nieuw Guinea tot Brazilië, van de Kei eilanden tot Congo, veel is vastgelegd in het begin van de vorige eeuw door ijverige zendelingen.

In een kast in de hoek staan een paar voorbeelden van collectebussen waarin de Vlaamse gelovigen hun bijdrage aan een betere wereld konden stoppen toentertijd.
Als ik één van de beeldjes op een plank zet om een foto te maken, komt de archivaris binnen.
‘Dat is een mooi voorbeeld’, zegt hij, ‘en hij werkt nog. Als ge er een muntje instopt, knikt het jongetje dankbaar.’

‘Ja, ik was vol goede moed toen ik eind jaren zestig naar de missie vertrok,’ vertelt de archivaris, ‘ik dacht werkelijk dat het goed was. Dat we die negerkes kleertjes aan gingen doen en leerden lezen en schrijven. Wat wist ik als boerenzoon van Congo? Van de wereld? Ondanks mijn studiejaren in Parijs. Ik leefde in een besloten wereld.’
Hij vertelt dat hij na verloop van tijd tot de conclusie kwam dat de werkelijkheid wat ingewikkelder was dan voorgehouden. En dat hij daarom uiteindelijk voor de wetenschap heeft gekozen.

Zending2
‘Je ziet dat er in de afgelopen decennia veel veranderd is’, stelt de hoogleraar em. vast, ‘dit zet vandaag niemand meer bij de ingang van de kerk.’
‘Zo ziet ge’, zegt de archivaris glimlachend, ‘er is een tijd van komen en een tijd van gaan. Zo gaan de dingen. Wat hebben we een kritiek over ons heen gehad.’
Hij vertelt over de roerige jaren waarin het missiewerk onder vuur lag. Over de veranderende inzichten binnen de kerk.
‘Het hoort er allemaal bij’, concludeert hij, ‘zo gaat het nu eenmaal. Je hebt soms confrontaties, botsingen nodig om tot inzicht te komen.’
Hij kijkt naar het boekje dat voor hem ligt.
‘Veranderingen kosten tijd. Dat zou ik vandaag de dag soms willen roepen als je de toon van sommige discussies ziet. Maar ook dat heeft geen zin. Alles gaat zoals het gaat.’
De hoogleraar em. glimlacht mild en beaamt deze wijsheid.
Ongemerkt heb ik me aangepast aan de gemiddelde leeftijd van de heren, eind zeventig, want ook ik knik bedaagd. Of ik ben al een tijdje ouder dan ik gister nog dacht.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *