Bonaire, Sint Eustatius en Saba zijn sinds 2010 Nederlandse gemeenten. Naast het lokaal bestuurlijke apparaat is een aanmerkelijk groter en beter geoutilleerd Nederlands apparaat geplaatst. De perceptie die nu dreigt te gaan overheersen is dat Nederland er na de decentralisatie de baas gaat spelen.
[…]
Bestuurlijke drukte
Inmiddels bracht de keuze voor het model van het openbare lichaam grote bestuurlijke drukte op deze piepkleine eilanden met zich mee. Naast, en soms boven dan wel tegenover, het lokaal al bestaande bestuurlijke apparaat kwam een aanmerkelijk groter en beter geoutilleerd Nederlands apparaat te staan. Lokaal verkozen politici hebben vaak, en met reden, het gevoel geen regie meer te voeren. Ambtenaren van de RCN zijn zich hiervan bewust, zoeken niet zozeer macht, maar weten ook niet goed hoe zij hun taken voortvarend kunnen uitvoeren als zij zich voortdurend moeten voegen naar de lokale bestuurlijke cultuur. Het laat zich raden dat dit stevige problemen van politieke legitimiteit oproept. Als het electoraat via reguliere verkiezingen zijn vertegenwoordigers kiest, dan verwacht het ook dat deze lokale politici enige macht hebben. De perceptie die nu dreigt te gaan overheersen is dat Nederland de baas is geworden. Zelfs als de permanente interventie van RCN evidente successen oplevert is dit al problematisch; temeer indien die successen uitblijven of worden overschaduwd door problemen zoals een achteruitgang van de koopkracht, of het gevoel van Caribische Nederlanders dat zij tweederangs burger worden op hun eigen eiland, waar bemiddelde nieuwe Nederlanders de mooiste huizen laten bouwen en zich soms ook als kolonialen gaan gedragen.
Het interventionistische beleid reflecteert de Haagse overtuiging dat het voorgaande lokale bestuur de zaken niet op orde had. Het falen van het eerdere lokale bestuur wordt mede toegeschreven aan de kleinschaligheid van deze Caribische samenlevingen. Bestuurders en burgers staan er zo dicht bij elkaar, zo wordt geredeneerd, dat cliëntelisme vrijwel onvermijdelijk deel uitmaken van de politieke cultuur. Dat impliceert grote risico’s in de sfeer van zowel (on)partijdigheid als van efficiency. Dat klopt, maar draagt ook ironie in zich. Waar in Nederland decentralisatie wordt gezien als een middel om het bestuur dichter bij de burger te brengen, wordt aan de overzijde van de oceaan door Den Haag juist getracht om in het proces van decentralisatie de scheidslijnen tussen burger en bestuurders te versterken. Het is duidelijk dat dit lokaal grote weerstanden kan oproepen. Een alternatief voor de het gekozen beleid is er echter niet. De Antillen-van-zes of -vijf komen niet terug en onafhankelijkheid is geen optie; het gaat er vooral om een midden te vinden tussen respect voor de lokale cultuur en de noodzaak het bestuur, juist in het belang van de lokale bevolking, sterk te verbeteren. Dat klinkt, inderdaad, nogal paternalistisch.
Complete tekst: https://vanmierlostichting.d66.nl/lokaal-aan-de-macht/decentralisatie-overzee/