Zo vind je in een antiquariaat het boek van Dr. A.M.G. Rutten over de gezondheidszorg op de benedenwindse eilanden in de negentiende eeuw. En denk je daar het bewijs te vinden voor de aanname dat de bevolkingsafname op Ikki’s eiland tussen 1880 en 1890 veroorzaakt werd door de indertijd op de eilanden heersende malaria. Maar nee.
In 1820 woonden er bijna 1200 mensen op Bonaire.
In 1860 waren dat 3000. In 1880 was dat aantal inwoners gestegen tot 5000.
Dan volgt de daling, in 1890 zijn er 3900 bewoners. Tien jaar later is het aantal weer gestegen tot net boven de 5000.
Vermoedelijk speelt emigratie een belangrijke rol bij deze daling tussen 1880 en 1890. In een ingezonden stuk in Curaçaosche Courant van 16 juli 1881 wordt geklaagd over de armoede op Bonaire, de mislukte oogst, het gebrek aan voedsel en water en het ontbreken van middelen van bestaan.
‘Een groot deel van de mannelijke werkkracht is dan ook naar elders vertrokken om brood te vinden, zelfs velen die vroeger nimmer daartoe het eiland verlieten …’
Tussen 1880 en 1890 werd een begin gemaakt met de aanleg van een spoorweg bij de kopermijnen van Turacas in Venezuela en werden hiervoor arbeiders aangeworven op Bonaire. De emigratie naar de vaste wal kwam overigens in 1895 tot stilstand tengevolge van het instorten van de mijngangen (Hartog 1957:254).
Bron: Dr. A.M.G. Rutten ~ Apothekers en Chirurgijns. Gezondheidszorg op de Benedenwindse Eilanden van de Nederlands Antillen in de Negentiende Eeuw. Van Gorcum, Assen 1989