Het is nog vroeg. Op het terras is het stil. Ik blader in Reizen met Herodotos van Ryszard Kapuścińki. Mijn oog valt op het volgende citaat:
Het plein van de Agora is altijd vol en levendig. Hier hadden we Herodotos zeker kunnen ontmoeten. Maar hij blijft niet lang in deze stad. Want ongeveer in de tijd dat hij er komt, nemen de autoriteiten van Athene de draconische wet aan dat politieke rechten alleen toekomen aan mensen van wie beide ouders in Attika zijn geboren, de landstreek die Athene omringt. Herodotos kan daardoor geen burgerschap van de stad verkrijgen. Hij verlaat de stad en gaat weer op reis.
Gelukkig, denk ik, dit was halverwege de vijfde eeuw. Het menselijk denken, hoe jansalieachtig soms ook, ontwikkelt zich en laat sommige geluiden achter zich. Natuurlijk weet ik ook dat de geschiedenis ons tegelijkertijd vertelt niet al te opgewekt te zijn. Maar daar wil ik op deze vroege vrijdagochtend niet aan denken. Ikki’s eiland ligt er vredig bij.
Een paar uur later luister ik naar de precies gekozen woorden waarmee een meneer beschrijft hoe zijn leven veranderd is na een ernstig ongeluk.
‘Ik ben niet meer de man die ik was voor mijn vrouw. Niet meer de vader die ik was voor mijn kinderen.’
Ze hadden het redelijk goed, maar sinds die dag in oktober, een paar jaar geleden, is armoede een vaste huisgenoot zonder verhuisplannen.
De dame met wie ik weer een paar uur later afgesproken heb, wil zo graag dat het anders gaat op het eiland. Maar de politiek wil zij niet in. ‘Daar heb ik geen verstand van. En ook het karakter niet voor.’
Dan vraagt ze of ik echt denk dat je de wereld kunt veranderen.
Ik aarzel en denk aan de woorden van de meneer die verkreukeld door het leven gaat:
‘Natuurlijk heb ik na het ongeluk aan slechte dingen gedacht. Vroeg ik me af of het allemaal nog wel zin had. Maar dan dacht ik aan mijn vrouw. En aan mijn kinderen. Samen zijn we eruit gekomen.’
Maar ik vertel het maar niet. Het is eerder een tekst voor de zondagochtend.
Bij gebrek aan een blauwdruk voor de revolutie, vraag ik maar of ze nog iets wil drinken.