Een paar weken geleden kreeg ik een e-mail van een familielid. ‘Als ik het me goed herinner, vond jij vroeger het schilderij dat bij Pake en Beppe hing zo mooi.’
Bij het opruimen was zij het schilderij tegengekomen en had ze besloten er afscheid van te nemen.
De dagen na het bericht probeerde ik me het schilderij voor de geest te halen.
Het hing in de woonkamer van de kleine boerderij tussen de twee bedsteden.
Die boerderij stond langs een zandweg die ‘Singel’ werd genoemd.
Ik ging ervan uit dat die zandweg door de schilder was vereeuwigd.
Toen ze jaren later de boerderij verkochten, verhuisde het schilderijtje mee naar hun bejaardenwoning. Pake Auke vertelde dat het hem deed denken aan de Singel, aan zijn boerderijtje.
‘Maar alles verandert nu eenmaal’, zei hij, ‘daar kun je niet veel tegen doen.’
Dat hun boerderijtje verkocht was aan een meneer uit de stad die er een woonboerderij van liet maken, vond hij een symbool voor de veranderende tijden.
Pake met zijn De Gaulle-neus was een man van weinig woorden. Vaak zaten we naast elkaar op het bankje in de grote tuin bij hun huisje. Zonder iets te zeggen.
Vorige week kwam ik er achter dat ik toentertijd vergeten ben om te vragen waar dat schilderijtje vandaan komt.
Want dat is toch een raadsel: hoe kwam een klein keuterboertje in een klein dorpje in Friesland aan een ‘echt’ schilderij begin 1900?
Het schilderij hangt nu tegenover mijn bureau. Mijn geheugen is nog goed was de eerste conclusie die ik kon trekken toen ik het schilderij vorige week voor het eerst sinds tientallen jaren weer zag. De kleuren, de bomen en zelfs de lijst waren zoals ik me herinner.
Alleen dat water, dat was er niet. En dat betekent dat het geen portret van de Singel is. Een klein, ondiep slootje lag daar bij het bosje. Geen beek of rivier.
Het schilderijtje hangt hier nu een dag of vier, vijf. Als ik ernaar kijk zie ik iets vertrouwds. Iets van vroeger. En denk ik aan die boerderij, aan het groene huisje in de tuin met daarin de ton en waar het koud was als je er even zat. Ook de wc heeft een metamorfose ondergaan sinds de jaren vijftig.
Ook heb ik een paar keer aan Pake en Beppe gedacht.
Of hoe een schilderij een verleden wakker maakt.
Het hing blijkbaar in de lucht, het terugkijken. Een paar dagen geleden kreeg ik een lange e-mail vanaf het eiland. Een e-mail met een melancholische toon.
‘Ik schreef u in 2022 al dat mijn eiland verdwijnt’, schreef de mevrouw, ‘en dat is er nu, een paar jaar later, niet beter op geworden.’
Op zoek naar de brief die zij indertijd schreef, zag ik dat mijn archiefje ook nog goed functioneert. Een citaat uit die brief:
Mijn eiland verdwijnt. Ik ben nu bijna zeventig en misschien denkt u dat ik een oude zeur ben. En heeft mijn man gelijk en moet ik het nieuws maar niet meer volgen.
Ja, ik ben oud genoeg om te weten dat de dingen nu eenmaal veranderen. En ik weet ook dat het vroeger niet allemaal beter was.
Maar ik weet ook dat er iets verloren is gegaan.
Iets.
Waar ik de woorden niet voor heb.’
Voor alle duidelijkheid: het schilderijtje heeft mij niet weemoedig of droevig gemaakt.
2025 wordt een bijzonder jaar.
Eigenlijk is het niet eens nodig om u alle goeds te wensen. Maar ja, je weet maar nooit. Hierbij dus.