Het oude jaar eindigde met goed nieuws. Blijkt ineens de aegiris sublaevis zich op te houden in het rif bij het eiland. Deze zeldzame naaktslak is de droom van onderwaterfotografen en wetenschappers.
Hoewel het beestje oogt als een mislukt spookje, benadrukt de vondst het belang van het koraalrifecosysteem. De wateren rond het eiland blijken overigens meer van dit soort beestjes te herbergen; het zeeleven van Bonaire is diverser en opmerkelijker dan gedacht.
Het komende jaar zal, naast het virusgedoe, deels in het teken staan van de verkiezingen in 2023. Naast de oude, vertrouwde partijen zullen in ieder geval twee nieuwelingen zich aan het front melden: M21 van mevrouw Daisy Coffie en de club achter Bonaire Future Forum.
Je hoeft geen Nostradamus te zijn om te voorspellen dat alle partijen de kiezer zullen vertellen dat juist zij weten hoe het allemaal moet.
Van toerisme tot landbouw, van economie tot woningbouw, voor alles is een oplossing.
Afgestofte plannen zullen uit bureaulades worden getoverd en als nieuw worden gepresenteerd, armoede zal in een oogwenk zijn verdwenen, de banden met Den Haag zullen kritisch, maar opbouwend worden verstevigd en als het even tegenzit, zetten we de schouders eronder en staan we ’s ochtends vroeg met frisse moed weer op.
Ondertussen zullen duizenden jonge kleine ENnertjes over het eiland dansen, zullen resorts als paddenstoelen uit de grond schieten, zal de verkeersleiding van Flamingo Airport overuren moeten draaien om al die TUI- en KLM-toestellen veilig aan de grond te krijgen en kun je op de lokale omroep ieder half uur een filemelding horen en plakt de havenmeester tevreden weer een foto van een cruiseschip in zijn derde plakboek.
In Europees Nederland struikelt het zoveelste kabinet Rutte van pijnpunt naar motie van wantrouwen en heeft eigenlijk niemand tijd en zin om zich over Caribisch Nederland te buigen. Dichtbij huis roepen Groningen en de Belastingdienst om aandacht.
De elfjarige Frederico uit Rincon heeft zijn hele leven nog geen dag geleefd waarop de heer M. Rutte geen premier was.
Frederico ligt daar niet wakker van.
Zijn vader heeft hem uitgelegd dat het niet uitmaakt wie de directeur van Nederland is. Aan de eilanden denken ze toch niet.
Wat de kleine Rico niet begrijpt is waarom zijn vader ook geen vertrouwen heeft in de politici van het eiland. Naïef als hij logischerwijze nog is, dacht hij dat die mensen wel begrijpen wat er nodig is.
Daarom voetbalt Frederico graag, zwemt hij veel en wil hij alles weten over die naaktslakken die rond het eiland zwemmen.
Als hij zijn moeder de oren van het hoofd vraagt, zegt ze na een tijdje dat hij te veel praat.
‘Je zou de politiek in kunnen,’ zegt ze.
‘Nee’, antwoordt Rico, ‘dan doe je de hele dag toch niks?’