J. W. Focke ~ De gereactiveerde zoutindustrie op Bonaire (Nederlandse Antillen) ~ 1973

juli 27, 2017
Foto: Openbaar Lichaam Bonaire

Foto: Openbaar Lichaam Bonaire

Inleiding
Enkele jaren geleden werd begonnen de oude zoutindustrie van Bonaire nieuw leven in te blazen. Een groot deel van de zuidpunt van het eiland onderging hierbij ingrijpende veranderingen. Schrijver bezocht de zoutpannen in januari 1972 toen hij Dr. C. G. van der Meer Mohr vergezelde bij diens geochemisch onderzoek in de zoutpannen. (Fig. 1).

Geschiedenis van de zoutwinning op Bonaire
Voor de komst van de International Salt Company in 1969 werd het zuidelijk deel van Bonaire gevormd door een laagvlakte die in het natte seizoen grotendeels onder water kon staan. Ook in de droge tijd bevonden zich er enkele meertjes (Fig. 7). Het langwerpige meer aan de westzijde van het eiland heet vanouds Pekelmeer vanwege het opvallend zoute water dat het bevatte. De bodem van het meer ligt enigszins onder de zeespiegel; het wordt van de zee afgesloten door een langgerekte puinwal, voornamelijk bestaande uit opgeworpen stukken koraal. Deze puinwal heeft een hoge permeabiliteit waardoor zeewater door de wal in het Pekelmeer kan sijpelen (fig. 2). Door een snelle verdamping van het water – waarbij de erin opgeloste zouten achterblijven – krijgt het water van het Pekelmeer een steeds hoger zoutgehalte. Wanneer de concentratie van een bepaald zout te hoog wordt – ieder zout heeft zijn eigen grenswaarde – kristalliseert het uit. Zo konden zich aan de randen van het meer korsten van verschillende zouten vormen, waaronder ook keukenzout, wanneer de grenswaarde ervan was overschreden.
Al voordat de Hollanders zich definitief op Bonaire hadden gevestigd werd er door koopvaarders zout ‘geraapt’. Na enige tijd liet men mensen op het eiland achter speciaal om voor de zoutwinning zorg te dragen. In 1672 ligt er voor een toenmalige waarde van ƒ 100.000 van Bonaire afkomstig zout in de pakhuizen van de West Indische Compagnie (Hartog, 1957).
Nadat zout in de 17e eeuw een van de belangrijkste exportprodukten van Bonaire was geweest ging de productie in de 18e eeuw sterk achteruit. Pas in de 19e eeuw
begon men kunstmatige zoutpannen aan te leggen. In 1832 werd Witte Pan aangelegd,Blauwe Pan en Oranje Pan volgden in de jaren daarna (Hartog, 1957). Enkele tientallen jaren beleeft de zoutindustrie dan nog een redelijke bloei.

Download complete artikel – PDF: http://natuurtijdschriften.nl/docid=405015

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *