Natuurlijk heeft politiek Den Haag tot 8 mei vakantie, maar er is nog een reden waarom het zo stil is in de wandelgangen van de Tweede Kamer, al zitten her en der groepjes ambtenaren stilletjes bij elkaar, gebogen over de motie van de Eilandsraad van 2 mei jl.
In die motie wordt mevrouw Van Huffelen de wacht aangezegd.
De staatssecretaris moet het niet wagen om zonder toestemming van Kralendijk de aangekondigde wijzigingen in de WolBES en FinBES in te voeren.
Wat voor fronsende wenkbrauwen in Den Haag zorgt, is de ongebruikelijke terminologie van de motie. Sinds 2010 zijn termen als voormalige kolonie, zelfbeschikkingsrecht en dekolonisatie niet voorgekomen in moties van de Eilandsraad.
Mogelijk had een sympathisant van Nos Kier Boneiru Bèk deze week iets in de raadskoffie gedaan.
Nu er toch duidelijke taal wordt gesproken, moeten er misschien nog maar een paar knopen worden doorgehakt.
Om te beginnen is het tijd om een keuze te maken over de functie van Rijksvertegenwoordiger.
De Raad van State heeft al een tijdje geleden geadviseerd om die functie op te heffen. Om de een of andere reden heeft men vragen bij de efficiëntie van die baan.
Met het oog op de toekomst is er sinds 2017 een waarnemend Rijksvertegenwoordiger.
Aan deze invulling kleeft natuurlijk iets ongemakkelijks: twijfels bij de functie en dan ook nog het stempel van ‘waarnemend’.
De tijd is rijp voor de BES-eilanden om het heft in eigen handen te nemen.
Zij benoemen een Eilandvertegenwoordiger. Waarmee de agenda niet alleen wordt gestuurd door Haagse ingevingen, maar de eilandelijke blik medebepalend is. Waardoor de onderlinge verhoudingen evenwichtiger worden.
Die Eilandvertegenwoordiger zal er om te beginnen op kunnen wijzen dat in de besluitenlijst van het bestuurlijk overleg van 10 april 2010 tussen NL en BON, die namens de NL regering is ondertekend door Henk Kamp, onder punt 9 onder meer opgenomen:
Bonaire zal betrokken worden bij de totstandkoming van voor het eiland relevante regels en beleidsvoornemens.
Waardoor de motie van 2 mei ineens een wat late poging is om Den Haag erop te wijzen dat je je aan je afspraken moet houden.
In de afspraken uit 2010 staat ook:
De betrokkenheid wordt vormgegeven door: a. vertegenwoordiging van Bonaire in Den Haag.
Dat moet nu dan ook maar eens geregeld worden.
Nu de voormalige Gezaghebber als gezant door stad en land trekt om overal koffertjes met goud en geld bij elkaar te scharrelen, is er ook ruimte voor een discussie over die functie. Is het eiland rijp voor een gekozen burgemeester of laten we deze benoeming toch nog over aan Den Haag?